top of page

Centraal Aanmeldingsregister: waakzaamheid blijft geboden


Het lijkt de jongste tijd wel of de vrije schoolkeuze in het gedrang komt. In Gent werd in 2009 al het centraal aanmeldingsregister (CAR) geïntroduceerd in het basisonderwijs, vanaf dit jaar wordt in het secundair onderwijs met een gelijkaardig systeem geëxperimenteerd. Het klinkt gek, maar wie het privilege genoot aan de schoolpoort te kunnen gaan kamperen, leek bevoordeeld.

Ouders moeten hun kinderen nu online registreren om hun voorkeurscholen door te geven. In de meeste gevallen wijst een digitale toepassing een kind dan toe aan één van de scholen die de ouders hebben opgegeven. Bij die toewijzing wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals afstand, de schoolkeuze van de ouders, broertjes of zusjes die al op de school zitten, het streven naar een sociale mix,…

Kamperen aan de schoolpoort en zo het wie-eerst-komt-eerst-maalt-principe installeren, het is geen ideale situatie. Al blijft bij deze werkwijze één facet onderbelicht: door deze manier van inschrijven hebben scholen de mogelijkheid om op basis van leerlingenprofielen een keuze te maken in welke leerlingen zij al dan niet bij hen school willen laten lopen.

Het fenomeen van de ‘zwarte’ en ‘witte’ scholen is u waarschijnlijk niet geheel onbekend. Maar welk recht heeft een school om bepaalde kinderen te weigeren? Het onderwijs moet kinderen voorbereiden op het leven in een superdiverse samenleving. Als zowel thuis, in hun beschermd milieu, als op school geen ontmoetingsmogelijkheden zijn met mensen met een andere sociaal-economische achtergrond, waar dan nog wel? De idee leeft zeer sterk dat de scholen met veel kansarme kinderen minder goed onderwijs aanbieden. Maar wat is de definitie van ‘goed’ onderwijs’?

Die selectiemechanismen kunnen nu net met dit CAR-systeem worden vermeden. Scholen bepalen zelf niet langer welke leerlingen dat zij in hun school willen, maar het systeem bepaalt op basis van vooropgestelde criteria aan welke school kinderen worden toegewezen.

De criteria die Gent hanteert, zijn de volgende:

  1. Schoolkeuze van de ouders: er kan geen school worden toegewezen die niet opgegeven werd door de ouders;

  2. Voorrangsregels voor broertjes en zusjes en kinderen van het personeel;

  3. Er ligt een verdeling niet-indicator- en indicatorleerlingen vast; dit wordt bepaald op basis van de verdeling kansarme en kansrijke gezinnen in de wijk;

  4. De afstand: dat kan zowel de woon-school-afstand als de werk-school-afstand zijn.

Studierichting

Onze ouders geven aan dat de keuze voor een bepaalde school de hoogste prioriteit blijft. Ouders willen zelf de vrijheid hebben om een school te kiezen op basis van de afstand of het pedagogisch project.

Een sociale mix op school? Goed idee! Maar van wat moet die dan een afspiegeling zijn? Onze ouders zien graag een afspiegeling van de samenstelling van de stad, een afspiegeling van de wijk vinden ze een te enge benadering.

De bereikbaarheid van een school met het openbaar vervoer is een zeer bepalende factor voor onze ouders. Hiermee wordt geen rekening gehouden in de afstandscriteria, er wordt gemaakt op basis van de wandelafstand. In de praktijk kan die een andere toewijzing opleveren.

En dan is er natuurlijk de digitalisering. Een nagel waarop de Beweging al geruime tijd klopt. Digitalisering is een nieuwe vorm van uitsluiting. Onze ouders geven aan dat de tool an sich toegankelijk is, maar om zover te geraken moet natuurlijk aan een reeks voorwaarden voldaan zijn: digitale vaardigheden, toegang tot een computer, toegang tot het internet,… Voor ons is het dus heel belangrijk dat ondersteuning wordt aangeboden om deze procedure te doorlopen.

De commotie rond het systeem is er opnieuw gekomen sinds de introductie in het secundair onderwijs in Gent en Antwerpen. Maar in het secundair onderwijs ligt de zaak natuurlijk iets anders. Leerlingen maken al een specifiekere keuze voor een bepaalde studierichting, bepalend voor zijn of haar verdere schoolcarrière en verdere carrière tout court. En toch wordt niet elke leerling toegewezen aan zijn of haar voorkeurschool. Dat zorgt voor heel wat boosheid bij enkele ouders. Al is er de vraag of de kritiek van de jongste dagen gekoppeld moet worden aan de invoering van het CAR of vooral aan een capaciteitstekort binnen bepaalde studierichtingen?

Wij gaan dus zeker niet op de rem van het CAR gaan staan. We willen wel het belang benadrukken van de volgorde van de criteria en de verfijning ervan.

bottom of page